Trucking in Canada
Chauffeur zijn in Noord-Amerika is voor velen een droom. Dikke Amerikaanse torpedo-trucks met veel chroom trekken lange trailers over grote afstanden door prachtige natuur.
Voor chauffeursechtpaar Diego Ponnet en Christiana Vercauteren werd die droom in 2010 werkelijkheid toen zij vanuit België naar de Canadese provincie Alberta emigreerden (zie Truckstar 01/2012).
Droomrit door het westen van Canada
Truckstar-medewerker Korneel Luth bracht voor een korte vakantie opnieuw een bezoek aan onze Belgische vrienden en reed 4980 prachtige kilometers met Diego mee op de bijrijdersstoel van hun nieuwe Kenworth T680 door het westen van Canada.
Hieronder zie je het fotoverslag van die prachtige rit.
Dit is de huidige truck van Diego en Chris, een Kenworth T680 met een bijzonder ruime 76 inch sleeper cab.
Dag 1 – Chris en Diego werken nu voor Kindersley Transport en hebben als standplaats de yard in Calgary, Alberta. Dat is ons vertrekpunt en voor we wegrijden vult Diego de DEF-tank nog even bij. DEF is de Noord-Amerikaanse term voor AdBlue en staat voor Diesel Exhaust Fluid. (Chris blijft voor de verandering een weekje thuis, en om die reden was voor mij de bijrijdersstoel beschikbaar).
Het eerste deel van de rit gaat dwars door de Rocky Mountains naar de stad Vancouver aan de westkust van Canada
We volgen eerst de Trans-Canada, een highway die van Oost- naar West-Canada loopt. In de Rockies volgen we vanaf het plaatsje Kamloops echter Highway 5, de kortste weg, maar wel één met een paar flinke hellingen. In de zomer is dit een prachtige rit, en moet je alleen op een aantal punten verplicht je remmen controleren. In de winter is het een heel ander verhaal en zul je af en toe zelfs met sneeuwkettingen in de weer moeten.
Ook hier checken we verplicht de remmen vlakvoor een flinke afdaling.
De T680 is een moderne Amerikaanse truck, maar de klassieke modellen, zoals deze Peterbilt 379, zie je echter ook veel. Vaak zijn dit trucks van eigenrijders.
De Canadese rijtijdenwet staat je toe om zeventig rij-uren in zeven dagen te hebben. In de praktijk zijn er niet veel chauffeurs die zeven dagen achter elkaar werken, maar het betekent wel dat je als single driver op de lange afstand per dag zo’n 900 à 1.000 kilometer rijdt. Het niet hebben van een digitale tachograaf voelt overigens als een enorme bevrijding.
Met dit soort uitzichten zijn de lange dagen bepaald geen straf.
Noord-Amerikaanse chauffeurs zien graag een dashboard met veel klokken en meters. Daarom doet dit moderne dashboard voor veel Europese chauffeurs ouderwets aan. Er zit echter wel een centrale display in, naar Europees voorbeeld, en met de ‘DAF-knop’ rechts naast het stuur bedien je die. Het schakelen geschiedt met een ongesynchroniseerde Eaton Fuller handbak. In deze versie heeft die dertien versnellingen. Eén kruipversnelling, vier versnellingen in de lage groep en daar bovenop vier versnellingen die gesplit kunnen worden. (1 t/m 4 kun je dus niet splitten). Om van de ene naar de andere versnelling te gaan heb je de koppeling in principe niet nodig; zolang je met je toeren maar goed zit, kun je hem er vanuit z’n vrij zo in laten schieten. Wegrijden doe je uiteraard wel met de koppeling. Overigens is de gele knop de handrem en bedien je met de rode knop de luchttoevoer naar de trailer.
Dag 2- Vancouver is een havenstad dus hier zie je veel containertrucks.
Wij koppelen echter om en na een nachtje lekker slapen, een korte doorsmeerbeurt voor de truck bij een garage-bedrijfje en een goed ontbijt, gaan we weer terug naar het oosten. De luchtslangen hebben het zelfde systeem als in Europa, met de handjes. De rode slang is de voorraad, de blauwe – in Europa geel – is de bediening, en alle elektriciteit gaat door één dikke groene kabel.
Onze bestemming is Regina in de provincie Saskatchewan. Dat betekent dezelfde mooie route terug door de Rockies, alwaar de ene na de andere zware B-train ons tegemoet komt. De maximale gewichten verschillen iets per provincie in Canada. Grofweg gezegd mag een tandemstel zeventien ton hebben, een triple-stel 24 ton, een enkele dubbel-lucht as negen of tien ton, en de vooras van een trekker 5,5 ton. (Op bakwagens in veel gevallen 7,5 ton). Deze acht-assige B train mag maximaal 63,5 ton zijn. (Maar in Saskatchewan bijvoorbeeld maar 62,5 ton).
Wil je in de winter geen kettingen hoeven te leggen, dan volg je vanaf het plaatsje Hope in British Columbia, Highway 1 over de Fraser Canyon naar Kamloops. Dit is iets om, maar kan ’s winters wel sneller zijn.Wij kiezen echter weer voor Highway 5 over de Coquihalla Pass.
Uitleg genoeg over wat je te wachten staat.
Her en der doen we een bakje op een truckstop. Maar we overnachten ook op verschillende truckstops. Hier zijn de douches over het algemeen goed, en niet heel duur.
Onder de kap ligt de Paccar MX-13-motor met in dit geval 485 pk. Die motor is ontwikkeld door DAF in Eindhoven maar wordt in een fabriek in Amerika gemaakt als Paccar-motor. En wil je de voorruit schoonmaken, dan kun je het beste de kap opendoen en op het voorwiel klimmen.
Ook op de terugweg is het genieten.
Dag 3 – Ik heb zelf geen meter gereden – dat mag in Canada niet met het Nederlandse groot-rijbewijs – maar voor vertrek in het plaatsje Golden even poseren achter het stuur, is geen probleem.
Pre trip- en post trip-inspecties zijn verplicht en ook tijdens de rit moet je geregeld je truck en trailer controleren op gebreken. Het schoonmaken van de voorruit is daarbij soms ook even nodig. Verder sta je als chauffeur constant in verbinding met de planning en een centrale Noord-Amerikaanse truck database in San Diego met een sateliet-verbinding. Elk deffect moet via die verbinding gemeld worden. Daarnaast moet handmatig het een en ander aan rijtijden, tripsheets en ander papierwerk ingevuld worden. Tijdens een controle – en die zijn er op vaste plaatsen – moet je die overleggen.
Na de bergen komen de prairies: grasland, graanvelden, eindeloze uitzichten en eindeloos lange goederentreinen!
Een machtig gezicht, deze containertreinen met dubbel gestapelde containers. Met een locomotief voor en een locomotief achter, banen deze jongens zich gestaag een weg door de uitgestrekte landerijen.
De Kenworth T680 is van februari 2013 en heeft inmiddels meer dan 200.000 kilometer op de klok staan. Het rijden door de prairie-provincies zoals Sasketchewan, Manitoba en het grootste deel van Alberta is voor Diego en Chris financieel gezien het interessantst omdat ze daar per dag meer kilometers (mijlen) maken dan in de bergen. Aangezien ze per mijl betaald worden, levert dit werk het meeste geld op.
Met een strategisch opgesteld rijtje van vijf combine harvesters wordt korte metten gemaakt met dit enorme graanveld in Saskatchewan.
Ook talrijk in het West-Canadese landschap zijn de zogeheten ‘grain elevators’.
Langzaam halen we opnieuw een immens lange containertrein in, die een mooie achtergrond vormt voor de tegemoetkomende trucks, zoals deze Volvo VN, een goed verkopende truck in Canada.
Dag 4 – In Regina aangekomen (na een dag van 1068 kilometer) koppelen we af op de yard van Kindersley en overnachten we op een truckstop om de hoek. De volgende morgen blijkt er echter geen vracht de stad uit te zijn voor ons, en worden we aan het werk gezet met ‘city work’. Dit wordt per uur betaald. We koppelen een trailer af bij Coca Cola en lossen vervolgens twee trailers uit bij twee verschillende adressen.
Op en rond de truckstops langs de highways is het overal ruim zat. Op wegen rond de industrieterreinen kan het hier en daar nog wel eens krap zijn. Goed ophalen is het devies.
In Regina hebben we even de tijd om een paar honderd kilo aangekoekt stof en zooi van de truck te borstelen en te spuiten, evenals ruim een miljard dode insecten.
En zo staan we er weer glimmend bij – met een zwarte trailer voor Saskatoon – terwijl achter ons een trekker met twee trailers de stoffige yard verlaat.
Een prachtige avond terwijl wij nog de 260 kilometer afleggen van Regina naar Saskatoon.
Dag 5 – In Saskatoon koppelen we om en vervolgen we onze weg naar Edmonton, Alberta. Op de grens tussen Saskatchewan en Regina ligt het plaatsje Lloydminster en hier doen we de plaatselijke Husky truckstop aan voor een kop koffie en een paar foto’s.
Spannende wolkenluchten vergezellen ons.
Als we Edmonton binnenrijden barst een enorm noodweer los. Grote hagelstenen en enorme hoeveelheden regen vallen met grof geweld op de truck en de weg. Sommige automobilisten stoppen, maar volgens Diego zijn deze heftige buien plaatselijk en is het beter om door te rijden, en snel de storm weer uit te zijn.
Die theorie klopt, alhoewel er nog wel wat water op de weg ligt.
Met weer een nieuwe trailer op de schotel rijden we vervolgens van Edmonton terug naar Calgary en laten we het noodweer achter ons.
Na meer dan 300 kilometer doemt de skyline van Calgary weer op.
Dag 6 – De provincie Ontario in het oosten van Canada heeft snelheidsbegrenzers verplicht gesteld voor alle trucks die de provincie aan doen. Dat geldt ook voor de truck van Chris en Diego, maar aangezien deze op een ruime 104 kilometer per uur staat afgesteld, zijn we niet de langzaamste op weg van Calgary naar Red Deer – halverwege Calgary en Edmonton.
Met een doffe maar harde klap haalt een klapband op de trailer de snelheid er echter meteen weer uit. Diego rijdt stapvoets nog een kilometer door over de vluchtstrook om de truck veilig op een parallelweg te kunnen parkeren.
Een paar meter verderop dendert de ene na de andere prachtige truck voorbij terwijl wij staan te wachten op de bandenboer.
Die komt, in de vorm van Brett: een enthousiaste, hardwerkende en handige jongen van bandenbedrijf Kaltire.
Uiteraard is het de binnenste band.
Maar met een lekker zonnetje erbij mogen we niet klagen.
Met de band weer gerepareerd vervolgen we onze weg naar Red Deer. Daar aangekomen blijkt tot onze verrassing dat we met de losse trekker naar het huis van Chris en Diego kunnen in het nabijgelegen Delburne.
Hier wacht ons een douche en een goeie maaltijd. De volgende dag rijden we de losse trekker terug naar Calgary, alwaar we afscheid nemen van elkaar. Chris en Diego rijden met de luxe-auto voor een korte vakantie de Rocky Mountains in, en ik vlieg de volgende dag weer naar huis. In totaal heb ik 4.980 kilometer op de bijrijdersstoel doorgebracht, en volop genoten van het rijden, de uitzichten, een mooie indruk gekregen van het werk, de truckstops en alles wat bij het chauffeursschap in Canada komt kijken. Een prachtige belevenis en een heerlijke truck-ervaring in het mooie, woeste, ruime, vriendelijke Canada!